In de langste Psalm in het Psalmboek – Psalm 119 – zien we minstens drie essentiële, niet te missen kenmerken die we moeten geloven over Gods woord.
- Gods woord zegt wat waar is.
Net als de psalmist kunnen we op het woord vertrouwen (vers 42), wetende dat het helemaal waar is (vers 142). We kunnen niet alles vertrouwen wat we op internet lezen. We kunnen niet alles vertrouwen wat we horen van onze docenten. We kunnen zeker niet alle feiten vertrouwen die onze politici geven. We kunnen zelfs niet de feitencheckers vertrouwen die de feiten controleren. Statistieken kunnen worden gemanipuleerd. Foto’s kunnen gemanipuleerd worden. Magazine covers kunnen worden geairbrushed. Onze leraren, onze vrienden, onze wetenschap, onze studie, zelfs onze ogen kunnen ons misleiden. Maar het woord van God is helemaal waar en altijd waar:
Gods woord staat vast in de hemel (v. 89); het verandert niet. Er is geen grens aan zijn volmaaktheid (v. 96); het bevat niets verderfelijks. Al Gods rechtvaardige regels duren eeuwig (v. 160); ze worden nooit oud en verslijten nooit.
Als je ooit bij jezelf denkt: “Ik moet weten wat waar is – wat waar is over mijzelf, waar is over mensen, waar is over de wereld, waar is over de toekomst, waar is over het verleden, waar is over het goede leven, en waar is over God,” kom dan naar Gods woord. Het leert alleen wat waar is: “Heilig hen dan door de waarheid”, zei Jezus; “Uw woord is de waarheid” (Johannes 17:17).
- Gods woord eist wat juist is.
De psalmist erkent graag Gods recht om bevelen te geven en aanvaardt nederig dat al deze bevelen juist zijn. ” Ik weet het, HEER, uw voorschriften zijn rechtvaardig” zegt hij (Ps. 119:75). Al Gods geboden zijn zeker (v. 86). Al zijn voorschriften zijn juist (v.128). Soms hoor ik christenen toegeven dat ze niet houden van wat de Bijbel zegt, maar omdat het de Bijbel is moeten ze die toch gehoorzamen. In zekere zin is dit een bewonderenswaardig voorbeeld van zich onderwerpen aan het woord van God. En toch moeten we nog een stap verder gaan en leren de goedheid en juistheid te zien in alles wat God gebiedt. We moeten liefhebben wat God liefheeft en ons verheugen in wat Hij zegt. God legt geen willekeurige regels op. Hij geeft geen bevelen om ons te beperken en ellendig te maken. Hij eist nooit wat onzuiver, liefdeloos of onverstandig is. Zijn eisen zijn altijd edel, altijd rechtvaardig en altijd goed.
- Gods woord verschaft het goede.
Volgens Psalm 119 is het woord van God de weg tot geluk (vers 1-2), de weg om schande te vermijden (vers 6), de weg van veiligheid (vers 9) en de weg van goede raad (vers 24). Het woord geeft ons kracht (vs. 28) en hoop (vs. 43). Het geeft ons wijsheid (verzen 98-100, 130) en wijst ons de weg die we moeten gaan (vers 105). Gods verbale openbaring, hetzij in gesproken vorm in de verlossingsgeschiedenis, hetzij in de verbondsdocumenten van de verlossingsgeschiedenis (d.w.z. de Bijbel), is onfeilbaar volmaakt. Als volk van God geloven wij dat het woord van God in alle opzichten te vertrouwen is om te spreken wat waar is, te bevelen wat juist is, en ons te voorzien van wat goed is.
De Bijbel geeft ons een wereld met God erin, erdoorheen en erboven. Het geeft ons Christus om ons God te tonen en ons de weg van de liefde te leren. Het geeft ons de Geest van God in de levende Christus die altijd nabij is om ons te zegenen, te troosten en te sterken. Het laat ons zien hoe we tijdens onze jaren op aarde moeten leven en belooft ons een eeuwig thuis bij God. Het biedt vergeving van zonde en overwinning over pijn, zonde en dood. Daarom is het het belangrijkste boek ter wereld. Het is eigentijds omdat het tijdloos is. Wanneer wij de Bijbel niet alleen met een goedgelovige maar ook met een ontvankelijke geest en hart lezen, spreekt God erdoor tot ons. Het is Gods eeuwige Woord aan elke generatie. Gelooft u het?
Jacques Steenkamp