Een vast vertrouwen en een zeker weten

‘Wie op de HEER vertrouwen zijn als de berg Sion, die niet wankelt maar voor eeuwig blijft’ (Psalm 125)

‘Zeker weten, ik ben er echt voor de volle 100% van overtuigd’, dit zijn grote woorden waarin weinig ruimte is voor nuance of twijfel. Deze manier van overtuigend spreken kan bij iemand passen vanwege een wat stellig karakter. Voor zulke karakters maakt het niet uit of het een huis, tuin of keuken onderwerp is of een lastige ethische kwestie. Alles wordt met evenveel passie besproken, beargumenteerd of beweerd.

Nu kan het ook zijn dat die zekerheid te maken heeft met een diepe geloofsovertuiging. Die overtuiging is in onze huidige samenleving geen probleem zolang je maar niet zegt dat het de Waarheid is. Wie dit wel durft te zeggen wordt al snel bestempeld als extremistisch, fundamentalistisch of orthodox. Maar dat is wel een zeer kortzichtige conclusie. Want ‘overtuigd zijn’ is niet hetzelfde als een kille stelligheid of een dominante waarheidsclaim. Deze manier van geloven is ook de Bijbel vreemd. Je kunt haar veel beter omschrijven als ‘een vast vertrouwen en een zeker weten’ (Heidelberger Catechismus, vraag en antwoord 21).

De basis van deze geloofszekerheid ligt echter wel buiten gelovigen. Zij vindt haar vaste grond in de Here God Zelf. Dat is ook reden waarom het geloof grote woorden mag gebruiken, zulke grote woorden vol zekerheid en vertrouwen komen we tegen in Psalm 125: ‘Wie op de HEER vertrouwen zijn als de berg Sion, die niet wankelt maar voor eeuwig blijft’ (v.1).

Psalm 125 staat in de bundel ‘pelgrimsliederen’ (Psalm 120 t/m Psalm 134), zij worden ook wel ‘de liederen Hammaäloth’ genoemd. Dit Hebreeuwse woord betekent zoiets als ‘omhoog gaan.’ Om de tempel in Jeruzalem te bereiken moesten de pelgrims de berg Sion beklimmen. Die berg lag daar onwankelbaar vast. Zó, zegt en zingt de schrijver, zijn ook de gelovigen die tot de Heer hun toevlucht nemen.

Zij die opgingen naar Jeruzalem om daar de Heilige van Israël te aanbidden zingen zichzelf het geloofsvertrouwen (weer) in. Zingen is een krachtig medicijn tegen geloofstwijfel en onzekerheid. Door het zingen van psalmen, gezangen en geestelijke liederen (Ef. 5:18) overschreeuw je jezelf niet maar verleg je je focus. Persoonlijk en samen richt je je op wie de Vader, de Zoon en de Heilige Geest is.

Door het zingen van psalmen, gezangen en geestelijke liederen (Ef. 5:18) overschreeuw je jezelf niet maar verleg je je focus.

In Psalm 125 wordt de bescherming door God bezongen: ‘Rondom Jeruzalem zijn bergen, zo is de HEER rondom Zijn volk, van nu aan tot in eeuwigheid’ (v.2). Die bergen rondom de stad zijn als een beschermende ring, daardoor is zij bijna niet in te nemen. Dat ‘bijna’ is niet aan de orde als we dit beeld gebruiken om Gods bescherming van Zijn volk aan duiden. Hij laat Zijn uitverkoren volk (Deut. 7:6) niet los, Hij geeft haar niet prijs aan het geweld van de goddelozen. Dat geweld tegen haar heeft in de loop van de geschiedenis vele gezichten gehad en zij is nog steeds niet uitgewoed! Telkens weer is er opstand tegen God en tegen Zijn gezalfde Zoon (Ps. 2:1-2).

In Psalm 125 bestaat er echter geen enkele twijfel over hen die onrecht bedrijven: zij trekken vroeg of laat echt aan het kortste eind (v.3; 5). Alleen de rechtvaardigen hebben toekomst! Zij, afkomstig uit Israël en de volken, gaan met vallen en opstaan de weg van het geloof. In het spoor van Abraham geloven zij (en wij!?) God op Zijn onfeilbare Woord (Rom. 4:3).

Psalm 125 is niet alleen een lied van Israël, maar zij is ook een lied van de Kerk geworden. Niet omdat de Kerk in plaats van Israël gekomen is maar omdat haar Heer, Jezus Christus, dit lied ook gezongen heeft. Ziende op Hem lezen en zingen wij dit pelgrimslied. En in Zijn Naam bidden wij: Vrede over Israël!

Cock Kroon

Deel deze pagina met anderen!