Jij bent mijn geliefde zoon…

‘En het geschiedde, toen al het volk gedoopt was en
Jezus ook gedoopt was en aan het bidden was
dat de
hemel geopend werd…’(Lucas 3, 21)

 

Jij bent mijn geliefde Zoon…

Johannes de Doper trok een bont gezelschap van mensen met zijn profetische prediking, daar aan de Jordaanoever. ‘Bereid de weg van de Heer!’  Soldaten, tollenaars: allerlei slag volk kwam af op zijn ernstige aansporing tot  bekering en zijn boodschap van vergeving. Ze werden aangetrokken tot de doop, dat mooie reinigingsritueel van kopje onder en helemaal schoon weer uit het water komen: de doop tot vergeving van de zonden. Een menigte mensen liet zich dopen en – in een bijzin wordt verteld dat Jezus óók gedoopt was. Hij was één uit de schare, één van de velen. Hij was één van ons en Hij werd nog meer één met ons in de doop. Alle gerechtigheid moest immers vervuld worden.

En Jezus bad, open en ontvankelijk tot God. Dan gaat boven Hem de hemel open, daalt de Geest neer in de gestalte van een duif en klinkt er een stem: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon in wie ik mijn welbehagen heb’. Hij wordt gedoopt door de Vader zelf met de Heilige Geest en met het vuur van de liefde. Het is klein-Pinksteren, daar aan de oever van de Jordaan. Hij, die als 12 jarige jongen al ‘in de dingen van zijn Vader moest zijn’, Hij wordt nu door God de Vader bevestigd als de Zoon van zijn liefde. We treden met de doop van Jezus binnen in het mysterie van de liefde van de Vader en de Zoon en de liefdesband van de Geest.

God de Vader noemt Jezus zijn geliefde Zoon. Daarmee wordt Jezus bevestigd in zijn identiteit,  zijn volwassen Zoonschap. Hij is niet alleen het kind van Maria en Jozef, dat was de warme start van zijn kindschap. Maar het is zijn bestemming om Zoon van de Vader te zijn. God de Vader onderstreept die bestemming van Jezus  ‘om alle gerechtigheid te vervullen.  De doop van Jezus vormt het begin van zijn openbare optreden, van zijn Epifanie – zijn verschijning . Jezus zal niet meer naamloos zijn onder de schare. God de Vader zelf heeft de schijnwerper op Hem gezet. Jezus zal Gods liefde zichtbaar te maken in deze wereld. Hij zal dopen met de Geest en met vuur. Om het vuur van Gods liefde te ontsteken onder de mensen en om te zuiveren van wat tegen God en het kwetsbare leven ingaat. En Hij brengt ons in het hart van de Vader. Deze Jezus is de Christus, Hij verbindt ons aan God de Vader. Hij leert het ons vrijmoedig uit de zeggen ‘Onze Vader…’ Hij doopt ons met de Geest, door wie wij zeggen ‘Abba, vader’!

In Jezus Christus horen we deze woorden van de Vader als verkondiging voor ons, als Evangelie dat ons blij maakt. Wat voor Hem gold, daarin mogen wij in geloof en in navolging delen, dankzij Zijn overgave tot in de dood. Hij hééft alle gerechtigheid vervuld!  ‘Jij bent de geliefde…’ Jij bent een geliefde dochter, een geliefde zoon, in jou vind Ik vreugde. De Statenvertaling gebruikt het woord ‘welbehagen’. Daarin resoneert de boodschap van het engelenkoor in de kerstnacht: ‘in de mensen een welbehagen’. We zijn het voorwerp van de grote liefde van God de Vader. Deze liefdesbetuiging van God de Vader geven ons kracht en moed, ze geven ons grond onder de voeten in onzekere tijden. Deze woorden willen inspireren, vormen een tégenkracht tegen de donkere stemmen die ons te vertrouwd kunnen zijn. Zegenende woorden van God die ons op de weg van het leven zetten. Dan worden we opgenomen in die eindeloze liefdesstroom van de Vader, de Zoon, door de Geest die in jou en mij en door jou en mij heen gaat stromen naar de mensen die op ons pad komen. Geloof dit Evangelie, wees gezegend en wees een zegen in het nieuwe jaar!

Kees Verduijn

Johannes doopt in de Jordaan,
wanneer opeens de wolken breken
en Jezus in gebed blijft staan,
omdat een stem begint te spreken:

‘Dit is mijn zoon van wie Ik houd
en heden geef Ik hem uit handen,
een Christus die mijn plan ontvouwt
voor alle volken, alle landen.

Dit is mijn woord, dit is mijn stem,
hem heb Ik eeuwig uitverkoren,
in hem kom Ik tot u, door hem
laat Ik mij op de wereld horen.

Die, armen, als Hij van mij spreekt,
in recht en redding doet geloven;
die het geknakte riet niet breekt,
de kleine vlaspit niet zal doven.

Dit is mijn liefde en mijn licht,
dit is mijn heil vanuit den hoge
dat vrijheid brengt en vrede sticht.
In hem kom Ik u onder ogen.’
Michel van der Plas

Deel deze pagina met anderen!