Ochtenddienst 5 mei 2024

Omdat Jezus Christus de Wet volledig voor ons heeft vervuld, worden de Tien Geboden in Hem tien beloften aan ons.

Eerste Gebod: Ik beloof u, dat als Ik de eerste plaats in uw leven inneem, u geen andere goden zult willen dienen – Ik zal de eerste en eervolle plaats in uw leven hebben.

Tweede gebod: Als ik in je hart ben, beloof ik dat je geen gesneden beelden van mij zult maken. Dat zal niet nodig zijn, want je zult mijn beeld zelf dragen.

Derde gebod: Als je mij liefhebt, zegt Jezus, beloof ik je dat mijn naam nooit een scheldwoord op je lippen zal zijn, maar nog steeds en onder alle omstandigheden door jou geëerd zal worden.

Vierde gebod: Als Ik de ereplaats in je leven heb, beloof Ik je dat de zondag voor jou het hoogtepunt van de week zal zijn. Het zal een vreugde voor je zijn om naar de kerk te gaan – een dag niet om naar op te zien, maar om naar uit te zien!

Vijfde Gebod: Wanneer Ik in je leven ben, beloof Ik je dat het een voorrecht voor je zal zijn om je ouders te eren en lief te hebben. Het zal niet moeilijk voor je zijn, want achter hen zul je Mij zien, die zij hebben uitgekozen en aan jou hebben uitgeleend.

Zesde gebod: Ik beloof je dat je nooit iemand kwaad zult willen doen, laat staan doden.

Zevende gebod: Ik beloof je dat als je Mij liefhebt, het niet moeilijk zal zijn om trouw te zijn aan je echtgenoot. Geef Mij een plaats in je huwelijk en Ik zal jullie liefde voor elkaar en jullie geluk in Mijn handen houden en vasthouden.

Achtste Gebod: Wanneer Ik op de troon van je hart zit, beloof Ik dat je niet geneigd zult zijn om iets van anderen aan te nemen. Je zult dagelijks vragen: Aan wie en waar kan ik een ander iets Geven?

Negende Gebod: Wanneer Ik in je leven ben, zal het niet langer aangenaam voor je zijn om kwaad te spreken van een ander. Ik beloof je dat Ik je door Mijn Geest tot een trouw persoon zal maken die geen woord over anderen zal zeggen als het niet iets goeds kan zijn.

Tiende Gebod: Ik beloof u dat Ik u door Mijn Geest zal vervullen met dankbaarheid, zodat u niets meer zult verlangen. Je zult tevreden zijn met wat je hebt, in het besef dat God geeft wat Hem goeddunkt en als Hij geeft, geeft Hij altijd genoeg, zodat het je aan niets zal ontbreken.