Meditatie naar aanleiding van Lukas 15:3 en 8-10
Jezus vertelde hun toen deze gelijkenis:
(…) ‘En als een vrouw tien drachmen heeft en er één verliest, steekt ze toch de lamp aan, veegt het hele huis schoon en zoekt ze alles af tot ze het muntstuk gevonden heeft? En als ze het gevonden heeft, roept ze haar vriendinnen en buren bijeen en zegt: “Deel in mijn vreugde, want ik heb de drachme gevonden die ik kwijt was.” Zo, zeg ik u, heerst er ook vreugde onder de engelen van God over één zondaar die tot inkeer komt.’ (Lukas 15: 3; 8-10)
Het afgelopen jaar ben ik veel bezig geweest met de pastorale vraag naar dementie. Regelmatig kom ik mensen tegen die moeten leven met deze ziekte. Helaas heb ik het ook van dichtbij meegemaakt: een opa leed eraan toen hij nog leefde. Op het laatst wist hij niet meer goed wie zijn familie was. Hij herkende eigenlijk alleen zijn zoon (mijn vader) nog.
Onze ervaringen met dementie schuren schijnbaar met hoe mensen in de Bijbel oud worden. Eerlijk gezegd ken ik geen voorbeelden van Bijbelse figuren die lijden aan deze ziekte. Er zijn tal van voorbeelden van mensen die op hun oude dag nog heel helder van geest zijn. Ik denk dan bijvoorbeeld aan Anna, een vrouw voorbij de 100 jaar die het baby’tje in Maria’s arm herkende als de Verlosser. Als ouderen in de Bijbel al iets mankeren, dan is er vaak sprake van blindheid. Jakob kon zijn vader echter alleen bedriegen door het haar en de geur van Esau aan te nemen. Blijkbaar was Izaäk nog behoorlijk bij de pinken. Hoe zit het dan met dementie? Hoe kan je in het licht van de Bijbel met deze ziekte omgaan?
Met die vraag in het achterhoofd las ik de hierboven genoemde gelijkenis. Opeens schoot er een gedachte binnen: “Wat is dit eigenlijk een passend beeld voor mensen met dementie. Die tien munten zijn herinneringen. Soms hervindt iemand met dementie zichzelf. Dan is de tiende munt gevonden. In dat moment wordt de ziekte naar de achtergrond verdrukt. Die persoon is compleet en deelt de vreugde met zijn/haar omgeving.”
Wie leeft met iemand met dementie, die zal dit herkennen. U zit bij hem of haar aan tafel en opeens herinnert die persoon zich iets. Dan ziet u het gelaat oplichten. U ziet de dofheid uit de ogen verdwijnen. Het is alsof de lamp is aangestoken. De mondhoeken krullen op en er verschijnt een lach. Daar is de herkenning. Er is contact! Die persoon betrekt u zo in zijn of haar vreugde, want de tiende munt is terecht. Er is een moment van heelheid.
Helaas is dementie met de huidige medische kennis ongeneeslijk. Het is een progressieve ziekte. Het is onvermijdelijk dat er achteruitgang zal zijn. Op een gegeven moment moet u onder ogen zien dat de tiende munt steeds vaker zoek blijft. De momenten van heelheid worden spaarzaam. Het is niet te voorspellen hoe lang die momenten aanhouden. De lamp kan zomaar weer doven. Een doffe blik bij die ander resteert.
Dat is heel moeilijk. Want eigenlijk is het rouwproces al begonnen. Als omgeving ben je al afscheid aan het nemen, terwijl de persoon nog leeft. Omdat u moet erkennen dat de directe omgeving niet langer alle zorg kan opbrengen. Omdat iemands persoonlijkheid veranderd. Omdat de band tussen elkaar slechts sporadisch tot stand komt.
Vanuit ons geloof roept dit allerlei vragen op. Waar is God als alles vervaagt? Waarom overkomt dit mij, of hem of haar? Wat betekent het om kwetsbaar en afhankelijk te zijn?
Weet u waar ik mijn troost dan uit haal? God laat ons niet los. Dat vind ik zo mooi aan Hem. Zelfs wanneer wij onszelf vergeten: God laat niet los. Wanneer wij onze omgeving vergeten, dan laat Hij ons niet los. God blijft voor iemand die Hem vergeet altijd zijn of haar God. Zelfs dan laat Hij ons niet los. God is er simpelweg. Hij ziet naar ons om, omdat Hij dat ooit beloofd heeft.
Als God naar ons omziet, dan durf ik er wel op te vertrouwen dat Hij ons bewaart. Dat is in ieder geval wel het geloof van het Nieuwe Testament. In Openbaring 21 wordt er een vergezicht geschetst van een nieuw leven. Dan zal er geen verdriet, geen dood en geen pijn meer zijn. Wij zullen een nieuw lichaam zonder gebreken krijgen. Wie wij zijn, hoe er geleefd is en van wie wij gehouden hebben: dat blijft voorbij dit leven in God bestaan.
God laat ons niet los. Zelfs niet wanneer het geheugen ons in de steek laat.
Alex Brinkman